Frans: Algemeen



​Voor Frans werken we met de methode Éventail-junior En action. 

In het eerste semester (tot aan de kersttoetsen) zien we:
  • Unité 1 t.e.m. 8.
In het tweede semester (tot aan de eindtoetsen) zien we:
  • Unité 9 t.e.m. 20.
Na elk unité komen er nieuwe woordjes die je moet kennen. Uiteraard mag je de eerder geleerde woordjes niet vergeten. Als je hiervoor niet regelmatig studeert, kom je in de problemen. Daarom is het belangrijk dagelijks te oefenen. De richtlijn is om hier elke dag ongeveer 15 minuten voor te oefenen.
​Een goede basis leggen is enorm belangrijk!
We vinden het belangrijk om onze leerlingen goed klaar te krijgen voor het middelbaar. Daarom leren we onze leerlingen de Franse woordjes ook al te schrijven. Volgens de leerplandoelen moet je normaal enkel woordjes kunnen kopiëren. Toch maken we de keuze hiervoor standaard de lat hoger te leggen.
Blijkt nu toch dat je kind het hier moeilijk mee heeft, kunnen we overstappen naar kopieertoetsen. Ga hiervoor zeker in dialoog met de meester!
Wekelijks zal er een toets Frans zijn. Deze toets vindt elke dinsdag plaats.
Enkel voor de herhalingslessen worden er twee weken voorzien. 
Om te controleren of de woordjes dagelijks geoefend worden, kan er af en toe een kleine onverwachte toets worden afgenomen. Dit staat maximum op 5 punten.
Wat kan de klaswebsite nu voor jou betekenen voor het vak wiskunde?
  • Filmpjes waarin de teksten uit het handboek luidop worden voorgelezen. Goed om de uitspraak te oefenen!
  • Per unité kan je ook woordkaartjes downloaden en afdrukken. Ideaal om de woordjes in te studeren.
  • ​Per herhalingsles is er een portfolio en een woordenlijst.
  • Link naar de Quizlet-pagina van de unité. Een online website om de woordjes te oefenen.
  • 'Leren leren'-pagina met tips en tricks om goed voor wiskunde te kunnen studeren (COMING UP). 
Het is het eerste jaar dat er volledig met de klaswebsite gewerkt wordt, dus het is uiteraard een work-in-progress.

Onderdelen van een unité (= hoofdstuk)

Aan het begin wordt opgesomd wat je na het unité moet kunnen. Belangrijk dat je dit dus spontaan kan.
De woordenschat (= "vocabulaire") staat in groene kaders. Deze moet je goed studeren.
In de gele kaders wordt de grammatica (= "grammaire") aangebracht. Ook deze kader moet je goed studeren!
In de klas worden sommige instructies in het Frans gegeven. Deze zinnen moet je begrijpen, niet zelf kunnen zeggen/schrijven.

​De dialoog (= "dialogue") aan het begin van de unité moet heel goed gekend zijn! Je moet niet alleen alle woordjes begrijpen en kunnen schrijven, je moet het ook spontaan kunnen gebruiken tijdens het spreken!

Bij elke unité is er een liedje (= "chanson"). Dit moet niet gekend zijn. Enkel voor zij die dit leuk vinden.
In elk unité is er ook een onderdeel "J'explore". Hierin wordt de vaardigheid getraind om onbekende Franse woorden te leren kennen. De woordjes die hierin staan moeten niet gekend zijn.
Na elke 4 hoofdstukken is er een portfolio. Erg belangrijk is dat je alles goed kan wat er daarin staat! Als je elk unité goed gestudeerd hebt, is dat geen enkel probleem!